• Een bijenvolk verbruikt 40 tot 50 kilo stuifmeel (pollen) per jaar.

• Een bijenvolk bestaat uit 50.000 tot 60.000 bijen.

• Een bij leeft 6 weken, behalve de winterbij zij leeft 5 maanden.

• Een koningin kan tot 2000 eitjes leggen per dag.

• Een bij moet ongeveer 3 kilo nectar halen voor het maken van 1 kilo honing.

• Een bij slaat 200 keer per seconde met zijn vleugels.

• Een koningin kan 5 jaar oud worden.

• Een bij vliegt 1 keer de wereld rond voor 1 kilo honing.

• Een dar wordt geboren uit een onbevrucht eitje.

• Een werkster en een koningin worden uit een bevrucht eitje geboren.

• Een werksterlarve wordt 3 dagen gevoerd met koninginnegelei  en 3 dagen met een mengsel van honing en stuifmeel.

• Een koninginnelarve wordt 6 dagen gevoerd met koninginnegelei (royal jelly)

​

Nog vijf weetjes uitgelegd over honing (en bijen!)

Honing, lekker! Een bijenvolk heeft heel hard gewerkt zodat jij een schepje in je thee kunt doen. Tijd om meer over bijen en honing te leren.

Hun angel heeft bijen een nare reputatie bezorgd die de harige vliegbeesten eigenlijk niet verdienen. Daarom: blijf rustig als een bij toevallig langs je oor zoemt en geniet van de honing die de dieren maken. Weet je deze dingen al over bijen en honing?

 

1. Honing blijft lang goed

Honing blijft heel lang goed. De bijen zelf bewaren het voedsel maandenlang in hun kast. Ze slaan de voorraden goed op in afgedekte cellen van was, maar honing bevat van zichzelf ook stoffen die rottingsprocessen tegengaan. Wanneer bijen de zogeheten meervoudige suikers die in nectar zitten omzetten in de enkelvoudige suikers in honing, komt waterstofperoxide vrij. Die stof werkt desinfecterend.

Ook voegen de bijen een antibioticum toe dat ze zelf aanmaken. En door het hoge suikergehalte is honing bepaald niet geliefd bij bacteriën: die kunnen niet tegen hoge suikergehaltes. Overigens is een antibioticakuur van de huisarts niet te vervangen met een lepel honing. Je lichaam breekt de bacteriedodende stoffen af voordat ze in actie kunnen komen.

​

2. De mannen van het bijenvolk worden afgeslacht

De koningin is een vrouwtje, werksters zijn vrouwtjes. Waar zijn de mannen van een bijenvolk? Alleen als de koningin eitjes legt die niet bevrucht zijn komen er larven uit die later opgroeien tot darren, mannetjesbijen. En dat zijn luie donders. Ze helpen niet met het zoeken naar voedsel. maar wel met het opeten ervan. Hun voornaamste functie is het paren met een jonge koningin, zodat zij voor nageslacht kan zorgen. Meteen daarna sterft de dar.

Omdat de mannetjes verder weinig constructiefs bijdragen aan het leven in de bijenkast stoppen de werksters in augustus met het voeren van de darren. De mannetjes verzwakken daardoor waarna de werksters ze het nest uit werken. Dankzij deze ‘darrenslacht’ houden de werksters in de winter die eraan komt meer voedsel voor zichzelf over.

​

3. Bijen maken meer dan alleen honing

Bijen staan bekend als vlijtige honingfabriekjes. Maar ze maken meer. Uit de acht wasklieren van de honingbij komt was. Daarmee bouwen de insecten hun raten. Maar je kunt er ook kaarsen van maken, schoonmaakmiddel of glansmiddel. In crèmes en andere cosmetica wordt ook bijenwas gebruikt.

Moet een larve uitgroeien tot koningin, dan voeren de werksters het dier uitsluitend koninginnegelei. Deze eiwitrijke vloeistof met een flinke stapel vitaminen komt uit de voedersapklieren van de werksters.

Om schimmels, bacteriën en parasieten buiten de deur te houden, vullen bijen de kieren in hun nestplaats op met propolis. Dat is een kitstof van plantaardig materiaal als hars, vermengd met was en antibiotica die de bij zelf aanmaakt.

​

4. Bijen trillen om warm te blijven in de winter

Om de winter te overleven, gaan bijen dicht op elkaar zitten. Met hun vliegspieren, die ze los kunnen koppelen van hun vleugels, maken ze trillende bewegingen om warmte te genereren. Langzaam eten ze de honing op die ze gemaakt hebben om de winter door te komen.

Maar bijen zijn koudbloedig. Het lukt de dieren nauwelijks om verder ook maar iets te bewegen. Zo kan het gebeuren dat de bijen niet meer bij hun voedselvoorraad kunnen komen. De bijen komen ‘los van het voer’ en sterven soms binnen een paar centimeter van hun honingdepot. Een onoverbrugbare afstand voor een koude bij.

​

5. Bijen dansen om de rest te vertellen dat er voedsel is

De Oostenrijkse gedragsbioloog Karl von Frisch kreeg in 1973 een Nobelprijs voor zijn onderzoek naar de zogeheten ‘bijendans’. Wanneer een bij voedsel vindt, keert ze terug naar de bijenkast om de andere werksters te ‘vertellen’ waar ze het voedsel kunnen vinden. Von Frisch gebruikte een doorzichtige bijenkast om te ontdekken hoe de dieren de informatie aan elkaar doorgeven. Een assistent die bij de voedselbron zat, gaf de bij die het voedsel ontdekte een likje verf.

Terug in de kast kon Von Frisch deze werkster dus goed herkennen. Is het voedsel binnen een meter of vijftig van de kast te vinden, dan doet de bij een rondedans, waarbij ze steeds in een rondje loopt. Als de bloemen verder weg staan, maakt de werkster een kwispeldans. Ze loopt in de vorm van een acht, waarmee ze de richting aangeeft waarin de andere bijen moeten vliegen om het voedsel te vinden. De snelheid waarmee ze danst, geeft aan hoe ver de dieren moeten vliegen.

Wist je ook al dat bijen spuug toevoegen om van de nectar honing te maken? Zo maken bijen honing